Op 11 juli 1995 werd de Bosnische stad Srebrenica ingenomen door nationalistische (Bosnisch-)Servische (para)militairen. Op dat moment was Srebrenica volgens de Verenigde Naties al sinds 1993 een ‘veilige enclave’ en hoorde het Nederlandse VN-Bataljon Dutchbat de inwoners te beschermen. In slechts enkele dagen na 11 juli werden 8.372 Bosniakken, vooral mannen en jongens, gedeporteerd en vermoord. De genocide van Srebrenica is de grootste genocide in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog.